
Maakt een wielweb met open structuur en zonder draden in het centrum, vaak op vochtige plekken in ruigten en struikgewas, zoals langs de tuinvijver. De mannetjes zijn naast de verdikte palpen te herkennen aan forse uiteenwijkende kaken. Deze spinnen kunnen zich helemaal strekken, zodat ze nauwelijks opvallen als ze tegen een plantenstengel zitten. Er zijn in Nederland zes soorten strekspinnen die veel op elkaar lijken. 6,5-11mm.